Gerarda Aleida Hendrina Martina "Grada" Fierkens, 1893–1980 (leeftijd 86 jaar)
- Naam
- Gerarda Aleida Hendrina Martina /Fierkens/
- Voornamen
- Gerarda Aleida Hendrina Martina
- Roepnaam
- Grada
- Achternaam
- Fierkens
vader |
1855–1940
Geboren: rond 1855
57
35 — Wageningen, Gelderland, Nederland Overleden: 29 mei 1940 — Didam, Gelderland, Nederland |
---|---|
moeder |
1856–1934
Geboren: rond 1856
38
35 — Homoet, Gelderland, Nederland Overleden: 30 maart 1934 — Didam, Gelderland, Nederland |
Huwelijk | Huwelijk — 29 september 1885 — Valburg, Gelderland, Nederland |
3 jaar
oudere zus |
1888–
Geboren: rond 1888
33
32 — Didam, Gelderland, Nederland Overleden: |
3 jaar
oudere broer |
1890–1975
Geboren: 31 augustus 1890
35
34 — Didam, Gelderland, Nederland Overleden: 18 april 1975 — Huissen, Gelderland, Nederland |
17 maanden
oudere zus |
1892–1972
Geboren: 26 januari 1892
37
36 — Didam, Gelderland, Nederland Overleden: 25 augustus 1972 |
23 maanden
zijzelf |
1893–1980
Geboren: 30 december 1893
38
37 — Didam, Gelderland, Nederland Overleden: 3 maart 1980 — Arnhem, Gelderland, Nederland |
echtgenoot |
1886–1957
Geboren: 18 januari 1886
33
26 — Bemmel, Gelderland, Nederland Beroep: Landbouwer, molenaar Overleden: 6 mei 1957 — Doornenburg, Gelderland, Nederland |
---|---|
zijzelf |
1893–1980
Geboren: 30 december 1893
38
37 — Didam, Gelderland, Nederland Overleden: 3 maart 1980 — Arnhem, Gelderland, Nederland |
Huwelijk | Huwelijk — 11 mei 1921 — Didam, Gelderland, Nederland |
18 maanden
zoon |
1922–2008
Geboren: 14 november 1922
36
28 — Bemmel, Gelderland, Nederland Overleden: 18 mei 2008 — Bemmel, Gelderland, Nederland |
14 maanden
dochter |
1924–1976
Geboren: 2 januari 1924
37
30 — Bemmel, Gelderland, Nederland Overleden: 26 april 1976 — Pannerden, Gelderland, Nederland |
19 maanden
zoon |
1925–1991
Geboren: 8 augustus 1925
39
31 — Bemmel, Gelderland, Nederland Overleden: 9 mei 1991 — Nijmegen, Gelderland, Nederland |
22 maanden
zoon |
1927–1966
Geboren: 23 mei 1927
41
33 — Bemmel, Gelderland, Nederland Overleden: 24 juli 1966 — Velp, Gelderland, Nederland |
4 jaar
zoon |
1931–1990
Geboren: 8 augustus 1931
45
37 — Bemmel, Gelderland, Nederland Overleden: 22 februari 1990 — Doornenburg, Gelderland, Nederland |
Mediaobject | |
---|---|
Mediaobject | Fragment uit 'Dorpsgeschiedenis van Doornenburg' De eerste vermelding van een molen in Doornenburg is van 29 juni 1321. In Angeren verkochten toen Mechteld, weduwe van ridder Wolter van Dornick en haar zonen Willem en Wolter met hun echtgenoten Belia en Aleida, een in de parochieDoornenburggelegen grondstuk met de daarop staand windmolen aan broeder Heinrich von Grafenthal. Het goed was vrij van dijkplicht en andere lasten. De molen kan in deze tijd nog op de oude Molenberg / Meulenberg (boerderij aan de Pannerdenseweg)gestaanheben. De volgende keer dat de molen in beeld komt is op 16 maart 1392. Willem van Gulik, hertog van Gelre, geeft dan het recht op de wind en het volkomen maalrecht van Gendt, Doornenburg en Angeren in erfpacht aan zijn raad, ridder Jan vanBilant.Sindsdien werden de opvolgers van van Jan van Bilant, de heren van De Doornenburg, er altijd mee beleend door de hertogen van Gelre. In feite waren de molens dwangmolens: de boeren van de drie dorpen waren verplicht er hun koren te latenmalen.De molenaars hadden dus in principe geen concurrentie te vrezen, maar daar stond tegenover dat zij wel een overeengekomen som geld of graan aan de kasteelheer moesten betalen. De molens van Gendt en Doorneburg stonden tegenover elkaar. Ten behoeve van de gunstige windvang was er een eind buiten de bebouwing van het dorp een windmolen gebouwd. In de meest zuidwestelijke hoek van Doornenburg was deze staderdmolen,eenmolen met draaibare bovenbouw, geplaatst bij een kruispunt van wegen. Behalve een gunstige windvang had de molen dus een goede bereikbaarheid uit alle vier windstreken. An de andere kant van de weg, op Gendts territorium, stond daarnaast een rosmolen, waarin gemalen werd als het windstil was.Hierin werden molenstenen namelijk aangedreven door een ros (=paard). Ook stonden er het huis en de hofstede van demulder(=molenaar). De molen werd altijd voor zes jaren verpacht en een pachtjaar liep van mei tot mei. Op de oudste afbeelding van de molen staat nog een standerdmolen. Dit was een gebouw op een stenen standerd met een houten bovenbouw die inz'ngeheel op de wind gedraaid kon worden. Deze molen kostte altijd veel onderhoud (aan het houtwerk), vanwege slijtage. Bij een storm van 29 november 1836 is deze molen ingestort. Hij werd door een stenen windkorenmolen vervangen. Dit was een beltmolen, een molen op een belt (=bult) met een draaibare kap. Tegenover de molen stonden schuren die werden gebruiktalsveestal, koetshuis en rosmolen. Bij de molen was ook het woonhuis, dat tevens gedeeltelijk in gebruik was als kruidenierswinkel en bakkerij. Jacobus Stephanus (Kobus) Hoogveld nam het bedrijf van zijn vader over. Nadat Kobus gehuwd was, werd er voor de overgebleven broers en zusters een nieuwe woning gebouwd, de Molenhof. Er was immers geen plaats meer in het ouderlijk huis.Jan,broer van Kobus, ging met de broodkar rond. Daarom werd hij in de volksmond "Jenje Meulenkar" genoemd. Sinds 1837 was de molen aan de familie Hoogveld verpacht. In 1921 verkocht de toenmalige eigenaar, Baron van der Heijden, aan drie heren in Arnhem en Velp de windmolen, welke op hun beurt een jaar later de molen vekochten aan de mulder,KobusHoogveld. Op 27 september 1944 werd korenmolen "De Hoop" opgeblazen door de Duitsers. Een minituurmolen in de tuin van de familie Hoogveld heeft nog lang herinnerd aan de belangrijke rol die de molen gedurende 600 jaar had vervuld. Inmiddels is ookdezeverdwenen. |